Wist je dat: Vreemde snuiter

1965
22 feb 2022

Het harnasmannetje is een van de meest opmerkelijke vissoorten in de Noordzee. Hij heeft een bijzonder opvallende verschijning en komt algemeen voor, maar toch is Agonus cataphractus een vis die doorgaans onder de radar blijft. Hoog tijd om eens in te zoomen op deze ‘vreemde snuiter’.

Foto: Janny Bosman. Tekst: Pieter Beelen

Het harnasmannetje dankt zijn naam aan de puntige beenplaten waarmee zijn lichaam bedekt is. Dit ziet eruit als een soort pantser. Ook opvallend is de in verhouding vrij forse kop, die uitloopt in een spitse snuit waarvan het neusje karakteristiek met de punt omhoog staat gericht. De onderzijde van de snuit is bovendien bezet met een groot aantal korte kindraadjes. Het harnasmannetje gebruikt deze voeldraadjes om op zand- en modderbodems op zoek te gaan naar voedsel zoals vlokreeftjes, wormen, garnalen en visseneieren. De rest van zijn lichaam is hier op aangepast. Zo is de buik afgeplat om goed over de bodem te kunnen manoeuvreren en heeft hij doorgaans een grauwbruine kleur (soms grijs of groenachtig) zodat-ie niet snel opvalt – zeker als hij zich bij dreigend gevaar ingraaft in een zachte bodem.

Onder de radar

In het Nederlandse deel van de Noordzee is het harnasmannetje een vrij algemene soort – zeker de jonge exemplaren, die doorgaans in ondieper water leven dan hun volwassen soortgenoten – maar toch worden ze niet vaak waargenomen. Sportvissers vissen al snel met een te grote haak en duikers kunnen deze kleine (max. lengte: 20 cm) en uitstekend gecamoufleerde vis vaak niet vinden. Opvallend was dat duikers in 2013 ineens wél veel waarnemingen deden in de Oosterschelde. Dat zou te maken kunnen hebben met de toename van exotische zeewieren, zoals wakame. In de paaitijd (februari tot april) zet het harnasmannetje zijn fel oranje gekleurde eieren namelijk af tussen de hechtdraden van bruinwieren. Vervolgens nam het aantal meldingen na 2013 weer af. Ook internationale waarnemingen aan boord van onderzoekschepen laten zien dat de aantallen per jaar sterk kunnen fluctueren.


Bijnamen

Zijn vreemde uiterlijk maakt dat het harnasmannetje op diverse plekken opduikt. Hij wordt bijvoorbeeld veel in aquaria gehouden, maar dook in de jaren ’70 van de vorige eeuw ook gedroogd op in visnetten aan het plafond van restaurants. Zijn opvallende verschijning is tevens de reden dat deze soort veel bijnamen heeft. Zo staat hij ook wel bekend als neushangertje, oudewijfskaak, oude grootje, oude vent en postkop. In het Engels heet de vis ‘hooknose’ vanwege de vier benige knobbels op de bovenkant van zijn snuit.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.