Pijlstaartrog

Pijlstaartrog

Pijlstaartroggen

Dasyatis pastinaca, (Linnaeus, 1758)*

Lengte afgebeelde vis: 70 cm
Lengte tot circa: 250 cm
V

Toelichting

Herkenning: 1. Lichaam plat en breed en met vijf paar kieuwspleten aan de buikzijde. Rug grijs tot groenbruin. 2. Staart zonder vinnen en met één of twee lange, gezaagde stekels.
Verspreiding: Noordoost-Atlantische Oceaan. Trekt ’s zomers door het Kanaal de Noordzee in en wordt in kleine aantallen in de Zeeuwse stromen gevangen.
Leefwijze: Leeft meestal vrij dicht onder de kust maar wordt tot een diepte van 200 meter aangetroffen. Het vrouwtje zet geen eieren af, maar wordt inwendig bevrucht en brengt na een draagtijd van vier maanden, vier tot negen volledig ontwikkelde jongen ter wereld.
Voedsel: Vis en ongewervelden. Let op: De stekel op de staart bevat een gifklier, die gevaarlijke en pijnlijke wonden kan veroorzaken.

Naamgeving: Stingray Stechroche Pastenague commune

Een "V" betekent dat de vissoort in de Visserijwet is opgenomen.


Meer informatie

* Naam van de eerste auteur die de vissoort een wetenschappelijke naam gaf, en het jaar waarin dat gebeurde. Is de eerste wetenschappelijke naam nadien gewijzigd, dan staan de auteursnaam en het jaartal tussen haakjes.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.