Dit voorjaar organiseerde de European Anglers Alliance (EAA) het Recfish forum. Bij deze bijeenkomst voor Europarlementariërs werden de voordelen en uitdagingen van het opnemen van de zoute sportvisserij in het gemeenschappelijke visserijbeleid besproken.
Het gemeenschappelijke visserijbeleid (GVB) van de Europese Unie klinkt voor de gemiddelde sportvisser wellicht ver weg aangezien
het vooral voor beroepsvissers lijkt te zijn ontworpen. Toch wordt de zeehengelsport nu al op verschillende manieren geregeld door middel van dit beleid. Zo komen beperkingen op het meenemen van vis – zoals de bag limit voor zeebaars – en gesloten tijden voor bepaalde kwetsbare soorten uit de koker van het GVB.
Anderzijds vormen sportvissers een speciale categorie: als niet-gouvernementele organisatie wordt de sportvisserij onder de groene clubs geschaard, maar we zijn geen natuurclub. We gebruiken en oogsten de vis, maar zijn geen beroepsvissers.
Tussen wal en schip
De zeehengelsport valt nu tussen wal en schip. We hebben geen volwaardige stem in het GVB, maar ‘Brussel’ kijkt wel naar de (geringe!) milieu- en bestandseffecten van de zoute sportvisserij en manieren om deze sector beter te controleren. De grote sociaaleconomische waarde van de sportvisserij speelt in die overwegingen geen enkele rol. Het beleid is beperkend en kijkt niet naar de schade die ermee wordt aangericht – deze wordt ook niet onderzocht, in tegenstelling tot bij de beroepsvisserijsector. Er is tenslotte ook geen ambitie om de ontwikkeling van de sportvisserij actief te ondersteunen. Voor de ontwikkelingskansen van de zoute sportvisserij is het daarom wezenlijk dat de sportvisserij wordt erkend als een aparte sector binnen het GVB, naast de reeds vertegenwoordigde beroepsvisserij en de aquacultuur.
Brede steun parlement
Tijdens het onlangs door
de EAA georganiseerde Recfish forum werd duidelijk dat er in het Europees Parlement brede steun bestaat
voor een dergelijke erkenning van de sportvisserij. Aangezien het GVB dit jaar wordt geëvalueerd is nu hét moment om deze stap te zetten. Dat kan prima, want de sportvisserij draagt op dit moment al op vele manieren bij aan de doelen van het gemeenschappelijke visserijbeleid. Zo voegt de zeehengelsport een hoge economische waarde toe aan kustgemeenten en creëert zij tegelijkertijd veel sociale waarde in de vorm van goedbetaalde banen. Daarbij heeft de sportvisserij een lage impact op milieu en visbestanden, wat mooi
aansluit bij het herstelbeleid voor de biodiversiteit. Bovendien is de hengelsport behalve een duurzame hobby voor miljoenen Europeanen ook een manier van eerlijke toegang tot een voedselbron als vis. De EAA roept dan ook op tot de volledige erkenning van de zeesportvisserij in het gemeenschappelijk visserijbeleid.
Links naar de presentaties en een uitgebreider verslag (in het Engels) van het Recfish forum vind je op:
www.eaaeurope.org