Wist je dat: karperpaai op open water

2758
14 jul 2021

Karpers staan bekend om hun ruige paaispel, waarbij ze de ondieptes van het water tot schuim spetteren. Ondiep water is echter geen vereiste voor karper om te paaien. Zo werd bijgaande, unieke dronefoto begin juni gemaakt bij een 40 hectare grote zandwinplas. Daar paaide de karper niet alleen in de oeverzone, maar ook verder uit de kant – waar het zeker twee meter diep was – gingen de vissen tekeer!

Waar veel karpers van het desbetreffende water eind mei en begin juni in de ondiepste delen van de plas paaiden, koos dit groepje grote vissen verrassend genoeg voor het open water. Hier konden ze na zonsopkomst enkele uren hun gang gaan, voordat bootjes, surfers en zwemmers de rust verstoorden. De waterdiepte is hier – op vijftig meter uit de oever – zo’n twee tot tweeënhalve meter en de bodem bestaat uit zand en stenen, bedekt met een laagje kranswier. Een zeer opmerkelijke plek om te paaien, vooral als je weet dat karpers zich bij voorkeur voortplanten op ondergelopen grasland waar hooguit een halve meter water staat.
 

Unieke foto

Deze van de regel afwijkende paaiplek zal niet heel erg bewust zijn gekozen. Waarschijnlijk zijn de vissen in de opwinding van hun ruwe paaispel afgedwaald van de ondiepe delen van de plas, waar ze normaliter de eieren afzetten en bevruchten. Op deze bijzondere foto van het paaispel zien we vijf tot zes forse mannetjes rondom een enorme vrouwtjeskarper kronkelen. Ze stoten met hun bek tegen de goed gevulde buik, om haar zover te krijgen om de eieren af te zetten. Het vrouwtje wordt door dit geweld op haar zij gedwongen en lijkt zich gewonnen te geven. Precies op dat moment drukte de fotograaf af.
 

Kleine overlevingskans

De kans dat de afgezette eitjes zich op deze diepere plek tot jonge karpers ontwikkelen is bijzonder klein. Een te lage watertemperatuur, kuitrovers, gebrek aan beschutting en een flinke wegvraat van het visbroed zorgen voor een minimale overleving. Zelfs de karpers op de
foto zullen zich na de paai tegoed doen aan de eieren en met name het visbroed. De jonge visjes verschillen qua grootte en vorm immers weinig van bijvoorbeeld muggenlarven, waar karpers dol op zijn. Ook is er een sterke behoefte aan eiwitrijk voedsel, om te herstellen van de paai en tijdens de zomer verder te groeien.

Ondanks dat een karper wel een miljoen eieren kan afzetten, zullen maar weinig visjes uitgroeien tot een formaat waarop ze gevrijwaard zijn voor wegvraat. Dit is de reden waarom het voorkomen van karpers in Nederland voor een belangrijk deel afhankelijk is van uitzettingen van gekweekte vissen.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.