Blauwneus
Karpers
Vimba vimba, (Linnaeus, 1758)*
Lengte afgebeelde vis: 30 cm
Lengte tot circa: 50 cm
Toelichting
Herkenning: 1. De blauwneus heeft een vlezige snuit. Het voorste gedeelte van de kop heeft een donkere, blauwachtige schijn. 2. De anaalvin is langer dan bij de sneep: er zijn 20 tot 25 vinstralen. 3. De onderstandige bek is hoefijzervormig. In de paaitijd heeft de blauwneus een blauwzwarte bovenzijde en buik en vinnen worden oranjerood. 4. Op de zijlijn liggen 49 - 64 schubben.
Verspreiding: Uitheems; zeer zeldzaam. Uit Oost-Europa afkomstige riviervis, waarvan exemplaren gevangen zijn in de Neder-Rijn, het Rotterdamse havengebied en enkele Limburgse beken.
Leefwijze:
Voedsel: Allerlei bodemdiertjes.
Naamgeving: Vimba Zährte Vimba/Serte
Een leeg cirkeltje geeft aan dat de vissoort niet in één van de wetten voorkomt.
Meer informatie
* Naam van de eerste auteur die de vissoort een wetenschappelijke naam gaf, en het jaar waarin dat gebeurde. Is de eerste wetenschappelijke naam nadien gewijzigd, dan staan de auteursnaam en het jaartal tussen haakjes.