Trekkervis
Trekkervissen
Balistes capriscus, Gmelin, 1789*
Lengte afgebeelde vis: 31 cm
Lengte tot circa: 55 cm
Toelichting
Herkenning: 1. Hoge, zijdelings afgeplatte vis met een leerachtige, beschubde huid. 2. Kleine, papegaaiachtige bek met in elke kaak twee naar voren stekende ‘snijtanden’. 3. Twee rugvinnen waarvan de eerste met drie, door een vinvlies verbonden stekels. 4. Buikvinnen vergroeid tot één ruw aanvoelende, stompe stekel, gevolgd door een korte vin.
Verspreiding: Open Atlantische Oceaan in warmere wateren ten zuiden van de Golfstroom. In de Noordzee en langs de Nederlandse kust vooral in de zomer en het najaar als dwaalgast.
Leefwijze: Leeft meestal solitair en soms in kleine groepen in open zee tussen Sargassowier en rond drijvend wrakhout, maar ook wel bij riffen.
Voedsel: Kreeftachtigen.
Naamgeving: Triggerfish Drückerfisch Baliste commun
Een leeg cirkeltje geeft aan dat de vissoort niet in één van de wetten voorkomt.
Meer informatie
* Naam van de eerste auteur die de vissoort een wetenschappelijke naam gaf, en het jaar waarin dat gebeurde. Is de eerste wetenschappelijke naam nadien gewijzigd, dan staan de auteursnaam en het jaartal tussen haakjes.