Dwergbot

Dwergbot

Tarbotten

Phrynorhombus norvegicus, (Günther, 1862)*

Lengte afgebeelde vis: 0 cm
Lengte tot circa: 12 cm
R

Toelichting

Herkenning: 1. Platvis met ogen op de linkerzijde, met ook een zijlijn op de ‘blinde’ zijde. Oogzijde met donkere vlekken in onregelmatige dwarsverbanden. Voelt ruw aan door getande schubranden. 2. Rugvin begint net voor het rechteroog. 3. Buik- en anaalvin zijn niet vergroeid. 4. Rug- en anaalvin vormen rond de staartwortel uitstekende lobben.
Verspreiding: Noordoost-Atlantische Oceaan, Noordzee. Langs de Nederlandse kust zeldzaam.
Leefwijze: Dwergbot leeft op stenige bodems op een diepte van 20-200 meter en paait van april tot juli. De eieren en larven leven vrij zwevend in het water. Jonge dwergbot gaat bij een lengte van circa 10-13 mm naar de bodem.
Voedsel: Vooral kreeftachtigen en wormen.

Naamgeving: Norwegian topknot Norwegischer Zwergbutt Targie naine

Een "R" betekent dat de vissoort is opgenomen op de Rode lijst.


Meer informatie

* Naam van de eerste auteur die de vissoort een wetenschappelijke naam gaf, en het jaar waarin dat gebeurde. Is de eerste wetenschappelijke naam nadien gewijzigd, dan staan de auteursnaam en het jaartal tussen haakjes.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.