Vraag een doorsnee sportvisser welke vis van eigen bodem hoog – misschien wel het hoogst – op zijn verlanglijstje staat, en grote kans dat het antwoord zalm of zeeforel is. Deze zilveren verschijningen zijn immers een streling voor het oog, maar bovenal bijzonder zeldzaam en spreken daarom extra tot de verbeelding. Dat blijkt ook wel uit de massale media aandacht voor de vangst van Jouke Timmer deze zomer: een zalm van liefst 85 cm, ‘gewoon’ langs onze Waal. Een magistrale bijvangst, zoals we ze de laatste jaren meer en meer binnenkrijgen.
Zalm – ‘de koning der vissen’ – was tot omstreeks 1900 talrijk aanwezig in onze rivieren en kustwateren. Tot circa 1940 kende Nederland dan ook een intensieve beroepsvisserij op zalm. Stille getuige daarvan is bijvoorbeeld Het Zalmhuis, direct naast de Van Brienenoordbrug bij Rotterdam. Tegenwoordig een sjieke brasserie, maar vroeger plek waar jaarlijks duizenden zalmen werden aangevoerd. Om je een idee te geven: in het topjaar 1880 werden maar liefst 104.000 zalmen aangevoerd bij de Kralingse Veer bij Rotterdam. Een recordvangst. In die tijd werd er ook wel zeeforel gevangen, maar toch beduidend minder. ‘Schotzalm’ – zoals ze de zeeforel destijds aanduidden – bedroeg vóór de oorlog een geschatte 1% van de totale zalmvangst.
Lees hier het hele artikel (PDF).
-> Meer zeevisartikelen