DNA-onderzoek heeft aangetoond dat de dode steur die in juni langs het Hartelkanaal is gevonden een Siberische steur betreft. Specialisten dachten op basis van de foto’s en het ingedroogde skelet mogelijk de terugkeer van de Europese steur te kunnen verwelkomen, maar dat bleek valse hoop te zijn.
De steur (
Acipenser sturio) is de grootste roofvis die in Nederlands zoet water voorkwam. Door visserij, watervervuiling en de aanleg van grote waterwerken ging het snel bergafwaarts en sinds 1952 zijn er geen Europese steuren meer gezien in het Nederlandse binnenwater. Af en toe melden beroepsvissers op de Noordzee de bijvangst van een steur, die ze dan vervolgens netjes terugzetten. In 2012 en 2015 heeft ARK Natuurontwikkeling met WWF, LNV en Sportvisserij Nederland als experiment steuren uitgezet in de Rijn. Deze gemerkte en gezenderde jonge steurtjes zijn afstammelingen van de laatste wilde populatie Europese steur in de Gironde (Frankrijk). De vissen zijn de Noordzee opgetrokken en zijn inmiddels paairijp. Het is dus spannend of er de komende jaren wél waarnemingen komen van de echte Europese steur in de Rijn.
Exotische bedreiging
De Siberische steur in het Hartelkanaal is een gekweekte, exotische variant die uit een visvijver of aquarium is ontsnapt of moedwillig is uitgezet. Vijfhonderd Nederlandse waarnemingen van de enorme Beluga-steur zijn er inmiddels bekend, stelt Niels Brevé, steuronderzoeker bij Sportvisserij Nederland. “Dat is een groot probleem. Exotische steuren concurreren op voedsel of vreten opgroeiende Europese steuren op. Ook kunnen ze kruisen met de inheemse, Europese steur. Het grootste risico is echter dat deze dieren besmet zijn met gevaarlijke ziektes en parasieten, wat funest kan zijn voor een opkrabbelende populatie.” Daarom de oproep om steuren niet uit te zetten in het wild en steurvangsten meteen te melden via
ark.eu/steurmelding.
->
Klik hier voor een item over de steur op RTV Rijnmond
->
Klik hier voor een item over de steur op Vroege Vogels