De Brabantse Biesbosch is een waar vliegvisparadijs. Te midden van een overvloed aan natuurschoon kun je hier als vliegvisser hele mooie dagen beleven. Het najaar is bij uitstek de tijd om er in dit uitdagende gebied op uit te trekken. Kaj Surink geeft je hiervoor een aantal praktische tips.
De Brabantse Biesbosch (dus niet de Hollandse Biesbosch; dat is een ander verhaal) is een ongeveer 3000 hectare groot gebied. Dit is opgebouwd uit zandplaten, kreken en doorgaand (vaar)water. De waterdiepte varieert flink. Op sommige plekken bedraagt deze slechts enkele centimeters, terwijl het elders meerdere meters diep is. Het water van de Biesbosch is, zeker in het najaar, heel helder. Op de doorgaande vaarwegen kon je vorig jaar tot op een diepte van twee meter de bodem zien. Vanaf omstreeks half augustus/begin september breekt dus dé tijd aan om in de Biesbosch te vliegvissen. De vis kan nu prima op zicht jagen en onze vliegen goed zien. Dit betekent echter ook dat de vis jou eerder in de smiezen heeft. Deze omstandigheden maken het vliegvissen hier een echte uitdaging. Uiteraard vang je ook vóór de genoemde periode wel vis – bijvoorbeeld brasem na de paai eind april/begin mei – maar dan moet je al flink ingevoerd zijn in de geheimen van dit gebied.
Lees hier het hele artikel (PDF).
-> Meer vliegvisartikelen