Goudharder
Harders
Liza aurata, (Risso, 1810)*
Lengte afgebeelde vis: 0 cm
Lengte tot circa: 60 cm
Toelichting
Herkenning: 1. Twee korte gescheiden rugvinnen, waarvan de eerste met vier stekels. 2. Horizontaal donker strepenpatroon op de flanken. Zonder donkere vlek aan de basis van de borstvinnen. 3. Bovenlip zonder papillen en dunner dan de halve oogdiameter. 4. Met grote, goudkleurige vlek op de kieuwdeksels.
Verspreiding: Oost-Atlantische Oceaan van Marokko tot Zuid-Noorwegen, Middellandse Zee en Noordzee. Ten noorden van het Kanaal zeldzaam. Jonge dieren tegenwoordig in Nederland algemeen langs het strand en in de zeearmen.
Leefwijze: Leeft in scholen nabij de kust en in brak water. Soms in zoet water. Paait in het Kanaal in juli en augustus.
Voedsel: Graast algen en detritus van stenen en palen, waarbij ook dierlijke organismen worden opgenomen.
Naamgeving: Golden grey mullet Goldmeeräsche Mulet doré
Een leeg cirkeltje geeft aan dat de vissoort niet in één van de wetten voorkomt.
Meer informatie
* Naam van de eerste auteur die de vissoort een wetenschappelijke naam gaf, en het jaar waarin dat gebeurde. Is de eerste wetenschappelijke naam nadien gewijzigd, dan staan de auteursnaam en het jaartal tussen haakjes.