Na twee dagen herfstweer zijn de omstandigheden op de derde trainingsdag aanzienlijk beter: een matig windje en een graadje of 18 maken het prima visweer aan de Lage Vaart. De deelnemende landen slijpen ondertussen rustig verder aan de tactieken die in het komend weekend eremetaal moeten gaan opleveren.
Daarbij laten de coaches en wedstrijdvissers zich echter niet in de kaarten kijken. Uiteraard wordt er waar mogelijk wel iets getest of uitgeprobeerd, maar dit gebeurt zo onopvallend mogelijk om de concurrentie niet onnodig wijzer te maken. Bankrunners van de andere landen maken immers ook hun ronde langs het parcours om te zien hoe de rest een en ander precies aanpakt. Het is langzaamaan steeds duidelijker te merken dat het wedstrijdweekend met rasse schreden nadert.
Even voorstellen: België en Polen
Elke dag zoomen we op onze website in op een of twee van de acht deelnemende landen aan het WK. Vandaag zetten we de dames uit België en Polen in de schijnwerpers.
België
Dat België een sterk damesteam heeft is met de huidige negende plek op de wereldranglijst geen geheim. Bovendien legde het Belgische damesteam op het WK in 2016 nog knap beslag op de bronzen plak en werd Sarina Mertens in 2018 individueel derde op het WK in Polen. De Belgische nationale damesploeg wordt gevormd door Kim Baert, Michele Lauvaux, Evi Lenaerts, Sonja Perez en Iris Vermeersch. Het team wordt in Lelystad bijgestaan door de ervaren captains Luc Thijs en Frederik Vandoren.
De woordvoerder van het Belgische team geeft aan dat de Belgen een goede kans maken op dit WK hier in Nederland. “De visserij hier is qua watertype en vissoorten heel goed vergelijkbaar met de visserij bij ons thuis.” Wat dat betreft heeft Nederland niet als enige het thuisvoordeel. De focus van de Belgische dames ligt op grote vis, al is de brasem tot nog toe relatief schaars aanwezig op het parcours. “We vermoeden dan ook dat de wedstrijd met één of twee grote brasems zal worden beslist. Daardoor kan het een beetje een loterij worden, maar we hebben goede moed.”
De komende dagen worden verschillende technieken geprobeerd om te bepalen wat de definitieve tactiek wordt voor zaterdag en zondag tijdens de wedstrijden. De hamvraag daarbij is of de Belgen gaan voor veel kleine vis, of toch gokken op de vangst van een enkele grote brasem. “Aankomend weekend gaan we het zien, want dat is nu nog geheim.”
De Belgische ploeg is goed bekend met het type visserij aan de Lage Vaart.
Polen
Het Poolse team behoort tot de wereldtop: de huidige nummer vier van de wereldranglijst kroonde zich in 2016 nog tot het beste team van de wereld. Drie jaar later werd de Poolse Joanna Drgas individueel wereldkampioen. Zij vist dit jaar niet mee, maar de ploeg telt nog een paar andere ‘kanjers’ – zoals Bozena Larisch die in 2016 individueel de bronzen plak veroverde. De ervaren Poolse damescrew wordt gevormd door Marta Gottwald-Bialdyga, Kamila Justa-Kowalska, Bozena Larisch, Elzbieta Mach-Piwowar en Anna Roguska-Jurek. Team captains Jansusz Czulak en Pawel Wlazlo zijn er om de dames te ondersteunen en tactieken te bepalen.
De woordvoerder van het Poolse team heeft het over moeizame eerste trainingsdagen. “Er wordt weinig grote vis gevangen, maar ook nog niet de grote getalen kleine vis waar we op hadden gehoopt.” De Poolse dames zijn namelijk specialisten in het vangen van veel kleine vis. Wordt het dit WK een ‘numbers game’, dan maakt Polen zeker kans om eerste te worden.
Aangezien de eerste twee trainingsdagen niet geweldig waren, proberen de Polen momenteel uit te pluizen wat dé manier van aanpak moet worden om succesvol te kunnen zijn. Bij de trainingen valt het in ieder geval op dat de Poolse dames super strak vissen en ongelofelijk snel en accuraat zijn met cuppen, voeren en vis binnenhalen. Het Poolse team is dus een sterke tegenstander die niet moet worden onderschat.
Wordt het WK een 'numbers game', dan staan de Poolse dames zeker hun mannetje.