(Bron: Visionair) Waar Sportvisserij Nederland op nationaal niveau de sportvissersbelangen behartigt, doet de European Anglers Alliance (EAA) dat in Europees verband. De sportvisserij timmert hard aan de weg, zegt Fred Bloot, president van de EAA en adjunct-directeur bij Sportvisserij Nederland.
In Nederland heeft de sportvisserij als
sector de afgelopen decennia een
enorme emancipatieslag gemaakt.
Anno 2017 kan er zo op het oog
niemand om de sportvisserij heen.
Sportvisserij Nederland, haar federaties
en de hengelsportverenigingen zijn
geziene partners bij natuurbeschermingsorganisaties,
waterschappen
en overheden als het gaat om een
duurzaam en ecologisch beheer en
gebruik van onze (vis)wateren.
Via
Water Natuurlijk praten sportvissers
mee in de waterschapsbesturen en
in Den Haag is vrijwel geen Tweede
Kamerlid te vinden dat het electorale
belang van bijna twee miljoen sportvissers
niet onderkent.
Moderne en volwassen sector
Wie dit allemaal op een rijtje zet mag
concluderen dat de Nederlandse
sportvisserij de zaakjes op nationale schaal best goed voor elkaar heeft,
vindt Bloot. “Als je kijkt naar wat wij
allemaal doen, zijn wij een verdraaid
moderne, volwassen sector. Dat willen
wij in Europa ook zijn. We moeten bij de
Europese Visserijcommissie laten zien
dat we meer zijn dan de internationale
hengelbond.”
Het grote doel van Bloot als
EAA-president
is te komen tot een volwaardige
positie binnen het gemeenschappelijk
visserijbeleid. “Zodat wij daar ook als
hengelsportsector vertegenwoordigd
zijn en niet alleen maar de beroepsvisserij.
Nu hebben we als sportvisserij
geen rechten maar wel een hoop
plichten. Er wordt bij het vismanagement
te weinig rekening gehouden met de
sportvisser. Als het visbestand wordt
verdeeld, wordt de sportvisserij er alleen
maar in negatieve zin genoemd.”
Fred Bloot
Het is vooral op dit vlak dat Bloot in
Nederland nog vaak tegen een muur op
loopt. “In Nederland heerst nog echt het
oude calvinistische denken; eerst het
beroep en dan pas de sportvisserij.
Veel Kamerleden hebben nog het idee
van ‘ach, sportvissen dat doe je voor de
lol’. Die hebben nog het idyllische beeld
voor zich van de hardwerkende
beroepsvisser in zijn gele oliepak.
Vergeten wordt dat de sportvisserij qua
maatschappelijk belang en omzet veel
meer waard is dan de opbrengst van de
beroepsvisserij.”
In veel EU-landen wordt volgens Bloot
het economisch en het maatschappelijke
belang van de sportvisserij door
de overheid wél op waarde geschat.
In Ierland hebben ze allang door wat het
economische belang van de sportvisserij
is. “Daar stimuleert de overheid actief de
sportvisserij. In Engeland bijvoorbeeld
wordt sportvissen met succes ingezet
als middel om kwetsbare jongeren uit
de criminaliteit te krijgen of te houden.
Dat is daar echt een succesverhaal.
Denemarken scoort met z’n zeeforel- en
toerismeproject en in Noorwegen deelt
koning Harald hengels uit aan jongeren.”
Zeebaars vormt een belangrijk dossier voor de EAA
Sociaal economische waarde
Bloot hoopt dat in zijn eigen land ook
eens puur naar de sociaal-economische
waarde wordt gekeken. “Kijk naar de
zeebaars. Die wordt zwaar overbevist.
Het zeebaarsbestand zou anders
moeten worden verdeeld, waarbij
de sportvisserij het primaat krijgt.
Een kleinschalige beroepsvisserij zou
daar dan goed naast kunnen bestaan.
Nu gaat alles naar de beroepsvisserij
en daarmee gaan we voorbij aan het
feit dat de sportvisserij een veel grotere
economische en sociale bijdrage aan
de kustgemeenschappen levert.”
Bloot loopt naar de computer in zijn
werkkamer in het kantoor van
Sportvisserij
Nederland in Bilthoven. “Kijk hier even naar.” Hij draait een promotiefilmpje
van de EAA over de alarmerende
situatie waarin de zeebaars verkeerd.
Daar word je niet vrolijk van.
Ongecontroleerde
beroepsvisserij, slechte
milieuomstandigheden, jonge vis die al
dood is voordat hij aan paaien toekomt,
zelfs het vissen op concentraties
paaiende zeebaarzen. Anno 2017 wordt
driekwart van alle zeebaarzen commercieel
weggevangen. Om iets van herstel
te waarborgen zou je eigenlijk niet op
zeebaars moeten vissen, maar de
vangst is nog altijd drie keer zo hoog als
gewenst. Het hele beheer is afgestemd
op de vraag van commerciële visserij.
Volgens een Engels onafhankelijk
onderzoek levert een ton zeebaars
40.000 euro op en nog net niet één fte.
Diezelfde ton zeebaars zou als sportvis
drie miljoen euro opleveren en 34
banen. En veel van die zeebaarzen
zouden nog worden teruggezet ook.
Daarmee is zeebaars als sportvis
pakweg veertig keer meer waard dan
als filetje bij de visboer.”
De EAA pleit er dus voor om het
zeebaarsbestand te herverdelen.
Op basis van economische, milieu- en
sociale criteria in plaats van puur op
kilo’s visvlees. Voordelen: de gedecimeerde
zeebaarsstand zou herstellen,
wat goed is voor het milieu, de sportvisserij
en zelfs de beroepsvisserij. En de
welvaart in de kustprovincies zou er een
flinke opsteker van krijgen. In Ierland
levert de sportvisserij op zeebaars 52
miljoen euro op. Als we aan de andere
kant van de grote plas kijken; Striped
bass, de Amerikaanse tegenhanger van
onze zeebaars, brengt als sportvis in de
VS het astronomische bedrag van 6,5
miljard dollar op, let wel: op jaarbasis!”
Europa loopt voorop
“Ook in Brussel zijn ze op het beleidsmatige
vlak al veel verder dan wij in
Nederland. Het Europarlement wil
inmiddels weten wat de sociaal-economische
betekenis is van de hengelsport.
Het is nu aan ons om voor voldoende
data te zorgen; wat levert de hengelsport
op? Hoeveel vissers boeken ook
een overnachting? Wat besteden ze in
de hengelsportwinkel? Hoeveel tanken
ze? Enzovoort. Het Europarlement wil
ook weten hoeveel vis de hengelsport
wegvangt. Het ontbreken van voldoende
data is zeker nog een aandachtspunt.
Maar in Europa hebben ze in ieder geval
geen last van het romantische beeld
van een ambachtelijke beroepsvisser.”
Gevraagd naar man en paard wil Bloot
best aangeven in welke politieke hoek
hij de meeste weerstand ondervindt.
“Met name bij de conservatieve,
behoudende partijen. Als je érgens het
oude denken tegenkomt dan is het daar.
Die hebben nog echt die conservatieve
inslag. We zien het ook in Noord-Duitsland.
Boeren en vissen, dat is het échte
werk. Maar de sportvisserij is gewoon
business en is bovendien heel belangrijk
in het sociaal, maatschappelijk
domein. Bij de progressieve partijen zie
je dat omdenken veel meer.”
Fred Bloot in actie tijdens een EU-hoorzitting over zeebaars
Bastion
Een ander bastion van het oude denken is volgens Bloot het
ministerie van Economische Zaken (EZ). “Van een overheid zou je eigenlijk een proactieve visserijvisie voor de lange termijn én gericht op duurzaamheid verwachten, maar bij EZ heb ik af en toe de indruk dat ik aan een dood paard sta te trekken. Over het
ministerie van Infrastructuur en Milieu daarentegen kan ik alleen maar zeggen dat het daarmee uitstekend samenwerken is.” Omdat hij in eigen land bij EZ niet echt een voet aan de grond krijgt, hoopt
Bloot dat hij via een Brusselse
EU-bocht alsnog het gewenste
visserijbeleid erdoor te krijgen.
“Vissen houden zich niet aan landsgrenzen.
De EU is niet van het opleggen
van één beleid. Er worden richtlijnen
gegeven waarbinnen de nationale
overheden kunnen laveren.” Dat is ook
wel nodig want uiteraard zijn er tussen
de onderlinge EU-landen grote
culturele maar ook landschappelijke
verschillen. “Een Noor begrijpt ons
Nederlanders niet. Als wij gaan vissen,
vissen wij een hele dag en nemen we
hooguit twee vissen mee naar huis.
Een Noor gaat hooguit een half uur
vissen en neemt er twee mee. En van
een Duitser begrijpt hij niet dat hij een
dag vist en álles meeneemt. Catch and
release is in Duitsland verboden.”
Zo schromen ze er in sommige landen
niet voor om die lastige aalscholvers
gewoon af te schieten. Europees gezien
is daar dus best draagvlak voor maar
Bloot wil daar niet aan. “Of sportvissers
het leuk vinden of niet, aalscholvers zijn
inheemse vogels die hier dus gewoon
thuishoren. Ze eten vis en hebben
invloed op de visstand maar dat geldt
ook voor andere visetende vogels zoals
futen. Wel kunnen aalscholvers op
kunstmatige visvijvers veel schade
aanrichten maar dat kun je die beesten
niet kwalijk nemen. Wij hebben als
Sportvisserij Nederland fel geageerd
tegen het
Actief Biologisch Beheer; het
wegvangen van brasem en karper om
het water helder te krijgen. Dan moeten
we ook geen aalscholvers willen
afschieten. Wat je wel moet doen is het
huis van de vis aanpassen, zodat er
meer schuilplaatsen voor vis ontstaan.
Ik wil geen vertegenwoordiger zijn van
een sector die beesten uitmoordt voor zijn sport. Misschien zijn we daar weer
wel onze tijd in vooruit.”
Er is nog een aspect waar Nederland
prat op mag gaan. “Er zijn maar weinig
landen waar de sportvisserij zo goed
georganiseerd is als bij ons. Wij hebben
een compleet kantoor met zo’n 45
werknemers en circa vijftig man in de
regio. Dat is uniek in Europa kan ik je
zeggen”.
Haringvlietdam
Met name vanuit Duitsland krijgt
hij regelmatig de vraag waarom de
Haringvlietdam nog altijd niet op een
kier staat, zoals was afgesproken.
Bloot is daar een groot voorstander van.
”De natuurlijke angst om de zee toe te
laten is een sentiment dat nog duidelijk
in Nederland aanwezig is. Maar gelukkig
gaat de dam in 2018 eindelijk op een
kier. Vanuit Duitsland worden wij ook
gewezen op de nettenvisserij voor onze
kust. Want de zalmen die zij met veel
pijn en moeite proberen te herintroduceren
liggen bij ons op de markt.
Wij kunnen dan de regering vragen
de
Nederlandse Voedsel en Waren
Autoriteit erop te zetten. Maar bij
gebrek aan middelen waren de Duitsers
genoodzaakt om een brief naar de
eurocommissaris voor visserij te sturen.
Dan moet het maar via Europa.”
Vislood is ook een onderwerp wat de
aandacht heeft. Lood is een zwaar
metaal dat niet het milieu thuishoort.
Volgens Bloot is de EAA met betrekking
tot het loodprobleem pro-actief bezig.
“We gaan niet wachten tot er een
welles-nietes-discussie ontstaat.
Dat ligt er over duizend jaar nog.
Het moet niet kunnen dat ze dat dan
vinden omdat Fred Bloot ooit een stuk lood heeft verloren.”
De 59-jarige Bloot is inmiddels bijna
vier jaar president van de European
Anglers Alliance. Wat zijn zijn wensen
voor de toekomst? “Als ik stop bij de
EAA wil ik dat ik een jonge, platte,
moderne organisatie achterlaat. En de
sportvisserij moet dan een volwaardige
positie in het Europese visserijbeleid
hebben.”
Cultuurverschillen
Het manoeuvreren in de Brusselse
burelen vraagt trouwens behoorlijk
wat van een pleitbezorger van de
sportvisserij. “In Den Haag zijn de
politici redelijk toegankelijk. In Brussel
is dat met Europarlementariërs wat
ingewikkelder. Je hebt te maken met
cultuur- en taalverschillen. Dat maakt
het interessanter maar ook gecompliceerder.
En het lobbyen voor de
hengelsport brengt ook prettige zaken
met zich mee. Tijdens een goed etentje
worden de beste deals gemaakt,” lacht
Bloot.
De sportvisserij spreekt jong en oud aan en is van groot sociaal-maatschappelijk belang.