De bijna vijftig kilometer lange en visrijke Lage Vaart is bij uitstek een ‘allround’ viswater en een van de absolute hotspots van Flevoland – niet in de laatste plaats omdat het water volledig in de VISpas staat.
Vanaf het Ketelmeer loopt de 46 kilometer lange Lage Vaart via een knik helemaal naar Lelystad, waarmee het water een flink deel van de provincie doorkruist. Op diverse plekken monden er andere – veelal kleinere – poldervaarten in uit en met een diepte van zo’n drie
meter en een breedte die tussen de 35 en 50 meter varieert, is het grotendeels kaarsrechte kanaal een overzichtelijk water. Of er stroming staat, hangt met name af van de neerslag en het peilbeheer van het waterschap. Bij veel neerslag spuien de gemalen er soms flink op los. Door de vele bossen waar de vaart doorheen loopt, zit je op veel plekken beschut en uit de wind.
Witvis
Hoewel de hoeveelheid witvis niet meer zo enorm groot is als pakweg tien jaar geleden, kunnen witvissers nog steeds uitstekend terecht aan de Lage Vaart. Kenmerkend is het grote brasembestand – waaronder fikse ‘vloermatten’ – en een fors aandeel blankvoorn, terwijl ook soorten als zeelt en winde er goed gedijen. Alle vis is vangbaar aan de vaste stok of (lichte) feederhengel, maar ook technieken als de methodfeeder of een winkle picker doen het uitstekend. Kies een donker voertje om de vis te lokken in verband met de veelal donkere bodem.
Roofvis
Roofvissers kunnen aan de Lage Vaart vanaf de oever alle kanten op qua technieken en soorten kunstaas, al is weedless vissen – bijvoorbeeld met de Carolina rig – in de (na)zomer favoriet vanwege de fikse plantengroei, met name in stedelijk gebied. Wat soorten
betreft zijn snoek en baars dominant; snoekbaars zwemt er veel minder. De meeste baarzen zijn scholenvissen van twintig tot veertig centimeter, terwijl de snoek zich in alle maten laat vangen. Kijk niet raar op als een meerval je shad of plug pakt, want deze vis wint de laatste jaren flink terrein op de Lage Vaart.
Karper
Net als aan de andere poldervaarten in Flevoland vissen de meeste sportvissers aan de Lage Vaart statisch op karper. Dit omdat typische hotspots zoals lelievelden doorgaans ontbreken. Met hengels van een meter of drie, lichte werpgewichten en een nylon hoofdlijn van pakweg 28/00 zit je al goed. Zorg dat je lichtbepakt bent en relatief snel kunt verkassen. Het bestand bestaat naast enkele
uitgezette ‘spiegels’ vooral uit schubkarper, voor het merendeel slanke vissen van een kleine tien kilo. Houd er rekening mee dat de Lage Vaart in trek is bij karpervissers, waardoor je beoogde plek bezet kan zijn. Gelukkig zijn er ruimschoots voldoende stekken beschikbaar om uit te kiezen.