Nederland twee keer vijfde op WK Kustvissen in Frankrijk

1991
20 sep 2021

Nederland heeft afgelopen week geen potten kunnen breken op het 37e WK Kustvissen in het Franse La Tremblade. Zowel de heren als dames moesten genoegen nemen met een vijfde plaats.

Van de tien deelnemende landen bij de heren – met naast Nederland Duitsland, België, Frankrijk, Portugal, Italië, Polen, Kroatië, Spanje en Griekenland – werd juist Team Oranje tijdens de training op 13 september nog knap eerste, waarmee de hoop op een goed resultaat groeide. Ook het weer was alle dagen uitstekend: de wind was niet overdreven hard met een enkele keer een windkracht vier. Daarbij scheen de zon volop.


'Plekkerig'

“We waren goed voorbereid, maar uiteindelijk bleek het parcours enorm ‘plekkerig’ en zat er in het algemeen weinig vis”, van bondscoach Arthur van Tienen van de Nederlandse heren de 37e editie van het WK Kustvissen samen. “Daardoor kwam het heel sterk aan op de loting en daarmee hadden wij teveel pech.” Team Oranje deed in de trainingsweek nog goede zaken – met name tijdens de eerste uren van opkomend water – maar tijdens de wedstrijden hield de organisatie vast aan de vooraf vastgestelde tijden. “Met het oog op het getij pakten die tijden helaas minder goed uit en zodoende viel het resultaat uiteindelijk tegen”, aldus Van Tienen.

Gestippelde zeebaarzen

De vangst aan het Franse strand bestond voornamelijk uit gestippelde zeebaarzen, die zich de eerste anderhalf uur goed lieten vangen met lange onderlijnen van 1,5 tot 2 meter en op de haak een foampje en een stukje vis. Daarna ‘verschoof’ de vangst naar hardertjes die zich vaak tot kort onder de kant lieten verschalken. Ook normale zeebaarzen, goudhardertjes en een enkele geep of pieterman kwamen zo nu en dan op de kant.

"Spanje klasse apart"

“Dat de loting op dit WK bepalend was, blijkt wel uit het feit dat onze twee wereldkampioenen – Frank Peene en Ruud van Noort – geen van beiden aan de vis wisten te komen”, aldus Van Tienen. “Ja, de ontevredenheid overheerst want wij gaan altijd voor goud en willen zoveel bij de eerste drie zitten. We kunnen dit resultaat wel een plekje geven omdat we weten waar het aan lag. Alle lof overigens voor Spanje (de winnaar van het landenklassement die bovendien individueel eerste en tweede werd, red.). Dat land is binnen het kustvissen een klasse apart.”


Tevreden gevoel

Bij de dames – die aan hetzelfde parcours visten en net als de heren vijfde werden – hield bondscoach Marcel Noort wél een tevreden gevoel aan het resultaat over. “De zes landen die dit jaar meededen zijn normaliter ook de sterkste”, legt hij uit. Anders dan zijn ‘collega’ Van Tienen spreekt Noort van een eerlijk parcours. “We hebben vier dagen lang met vijf deelnemers gevist verspreid over vijf vakken. In totaal vis je dus met je team op twintig plekken.”

“Voortaan nog beter voorbereiden”

Noort legt uit dat het klassement dicht bij elkaar lag omdat bij de dames maar zes landen meededen aan het kampioenschap. “Daardoor kun je qua punten ook automatisch minder verschil maken. Als het kwartje onze kant op was gevallen – bijvoorbeeld door de vangst van een extra zeebaars – hadden we nu brons. Noort haalt aan dat Elaine Vredenburg de grootste vis van het toernooi ving (een harder van 42 centimeter, red.) en blikt ook alvast vooruit naar het WK van 2022 . “We hebben in Frankrijk weer heel wat lessen geleerd, maar het belangrijkst vind ik dat we ons voortaan nog beter voorbereiden. Andere landen zijn momenteel een stapje verder.”

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.